9
INTERLACED
Interlaced scanning of interliniëring is een techniek om met een
videocamera bewegende beelden op te nemen en/of op een
beeldbuis weer te geven, waarbij de kwaliteit van het beeld wordt
verbeterd zonder  meer bandbreedte te hoeven gebruiken. De
techniek is niet goed bruikbaar voor lcd-schermen. Ingenieur
Randall C. Ballard, werkzaam bij RCA vond de techniek uit in 1932
en de eerste demonstratie was in 1934. De techniek was nodig
geworden omdat beeldbuizen helderder waren geworden en
daardoor het flikkereffect van het tegengestelde progressive scan
was toegenomen. Bij interlaced scanning wordt het videobeeld
opgedeeld in twee fields. Het ene bestaat uit alle even lijnen (even
scanlines), het andere uit alle oneven lijnen (odd scanlines). Om en
om worden beide fields ververst. Zowel bij het Amerikaanse als het
Europese systeem wordt interliniëring toegepast. Bij het Europese
systeem wordt 50 keer per seconde (50 Hz) een field ververst, je
hebt dus 25 keer per seconde een volledig nieuw beeld, ook wel
frame genoemd. Bij het Amerikaanse systeem is de
verversingssnelheid 60 Hz (dus 30 maal per seconde een volledig
beeld). Deze relatief lage verversingsnelheid resulteert in een
onrustig, soms knipperend beeld. Bij het Amerikaanse systeem is de
onrust wat minder dan bij het Europese, maar het laatste heeft weer
een hogere verticale resolutie (meer beeldlijnen). De reden voor
deze constructie is dat in de begintijden van de televisie de
elektronica simpelweg niet snel genoeg was om 50 maal per
seconde een volledig beeld te verwerken. Met interlacing (of
interliniëring) wordt de hoeveelheid beeldinformatie gehalveerd.
Sommige televisies onthouden een half frame om het vervolgens,
samen met het volgende halve frame als geheel op het scherm te
tekenen. In dat geval komt er nog steeds 25 maal per seconde een
geheel nieuw frame bij de televisie binnen (het normale signaal)
maar wordt het geknipper tegengegaan door de twee frames samen
te stellen en als geheel frame in één keer te tekenen. Wanneer het
gehele beeld in één keer getekend wordt dan spreken we van
progressive scanning. Computers genereren beelden die
progressive zijn en veelal ook een veel hogere verversingssnelheid
hebben (100 Hz of meer). Het beeld is dan rustiger en minder
vermoeiend om naar te kijken.
JIB
Dolly met hefarm voor extra camerabewegingen.
KADER
Randen van het beeld. Datgene wat in beeld is.
KIKVORS
PERSPECTIEF
Bij een opname kijkt de camera van onder naar boven.
KLAPBORD
Slatebord met klap. Op de klap worden bij de montage van de
beelden  het beeld en geluid synchroon gelegd.
Volgende pagina Volgende pagina Terug naar Filmtermen Terug naar Filmtermen